Hardwerkende Haïtianen houden zich gedeisd in Suriname: “Mi feni switi djaso dan mi tang”
- Roy Khemradj
- Nov 2
- 7 min read

Tekst en beeld: Valerie Fris
“Zolang ik niet crepeer is het goed. Ik val niemand lastig en niemand valt mij lastig, ik vecht of steel niet, ben nooit aangehouden door de politie en ik heb te eten. Dat vind ik al voldoende”. Zo omschrijft de Haïtiaan Jacques (70) zijn leven in Suriname. In gebrekkig Sranang Tongo vertelt hij dat hij al veertig jaar in Suriname woont en wel in het district Saramacca. “Mi feni switi djaso dan mi tang”, zegt hij veelbetekenend.
Ook Gabert (65) woont hier al vijfendertig jaar en heeft tijdens de afgelopen verkiezingen voor het eerst kunnen stemmen omdat hij na 2020 zijn ingezetenschap kreeg. Op zijn erf prijkt een paarse en een gele vlag, wat al doet vermoeden op wie hij mogelijk heeft gestemd. “De meeste Haïtianen die ingezetene zijn, hebben op de Nationale Democratische Partij (NDP) gestemd”, weet hij.
Haïtianen zijn een van de snelst groeiende immigrantengemeenschappen in ons land. Ze houden zich gedeisd waardoor hun aanwezigheid bijna niet is op te merken. Vergeleken met Haïti, een land met veel armoede, politiek geweld en regelmatige natuurrampen, vinden ze in Suriname een relatief rustige plek waar ze met hard werken het hoofd boven water kunnen houden.
Wonen, werken en leven
Net als Jacques is Gabert een van de eersten. Hij is hier sinds 1989 terwijl hij eigenlijk -zoals hij het zelf vertelt- ook de mogelijkheid had om naar Chili te gaan. Maar er werd in Haïti veel over Suriname gesproken dus hij kwam er een kijkje nemen en ging nooit meer weg. Zijn vrouw liet hij na drie jaar overkomen en samen stichtten ze een gezin hier. Ze wonen er in een klein houten huis in Saramacca met hun kinderen en enkele van hun kleinkinderen maar zijn blij met hun eenvoudig leven. “God heeft me geen rijkdom gegeven en ik ben dankbaar, de dag dat ik een broodje heb kunnen verdienen ben ik God ook dankbaar”. Niemand houdt het precies bij, maar er zijn naar schatting meer dan tienduizend Haïtianen die in Suriname wonen al of niet met een verblijfsvergunning.
De meeste Haïtianen werken in de landbouwsector. Gaubert kan zijn handen niet meer gebruiken om te planten; hij heeft teveel pijnen omdat hij zo intensief gewerkt heeft al die jaren. Maar behalve de dankbaarheid en eenvoud van de Haïtianen valt tijdens het bezoek ook de vriendelijkheid waarmee ze met anderen omgaan op. “Nood is niet prettig dus als er ‘nieuwe Haïtianen’ komen, helpen we hen aan een slaapplek en een bordje eten. Ze hoeven de ontbering die wij toen hebben moeten meemaken niet te doorstaan”, voegt Joseph toe.
Haïtiaanse Markt
De Haïtianen zijn een van de immigrantengemeenschappen in ons land. Het contact met geboren Surinamers is beperkt. Ze spreken vaak wel Sranang Tongo, ook al gaat dat soms gebrekkig, maar onder hun eigen mensen spreken ze liefst het Creole of Frans. In het centrum van Paramaribo staat de ‘Haïtiaanse Markt’ aan de Drambrandersgracht. Dat is niet de officiële benaming maar staat wel zo bekend onder de lokale inwoners. Ze brengen daar hun eigen oogst van groenten, fruit en aardvruchten aan de man. Sommige Haïtianen kiezen ervoor om in de Maagdenstraat of aan de Waterkant dichtbij de Centrale Markt hun waar te slijten, omdat het daar drukker is en er dus meer afzet is dan bij de Haïtiaanse Markt.
Schokkende nieuwsberichten

Vanwege hun teruggetrokken bestaan, komen de Haïtianen niet vaak in het nieuws maar als dat gebeurt dan is er wel degelijk wat aan de hand. Zo domineerde in 2020, 2021 en 2022 nieuwsberichten over chartervluchten met Haïtianen die naar Suriname kwamen, menig nieuwsbulletin. De vluchten werden uitgevoerd door de eenmanszaak Saya Tours & Travel welke vanaf Februari 2023 is omgezet naar een Naamloze Vennootschap. Alleen als je bedenkt dat er minimaal 80 personen in de Fokker 70 van Fly Allways kunnen, dan waren het er in 2020 minimaal 113 chartervluchten uit Haïti. En dat middenin de Covid-19 pandemie. Dat ging ook door in 2021, 2022 en 2023 al dan niet met Saya Tours en Travel als touroperator. Maar toen kwam er in augustus 2024 vanuit het buitenland schokkend nieuws. Volgens de Amerikaanse krant Miami Herald werd het Haïtiaans Consulaat in Suriname ontmanteld vanwege vermoedens van betrokkenheid bij mensenhandel. De Ware Tijd schreef dat vrijwel alle diplomaten werden teruggeroepen en alle personeel werd ontslagen. Ze hadden mogelijk hand- en spandiensten verleend bij mensensmokkel uit Haïti. Maar dit werd tegengesproken door het personeel. “We hadden geen bemoeienis met de mensen die de ambassade bezochten’’, werd gesteld.
Chartervluchten
“Wij kennen Saya wel, maar wij zijn al zolang in Suriname en toen wij kwamen was dat op eigen initiatief”, vertellen enkele van de Haïtianen in Saramacca. De 45-jarige Jean-Claude werkt als taxichauffeur en heeft goede business gedaan toen deze chartervluchten werden uitgevoerd. “Ik haalde Haïtianen van de Johan Adolf Pengel Airport en de meesten van hen moesten rechtstreeks naar Albina worden gebracht voor de oversteek naar Frans-Guyana”, vertelt hij. Een deel bleef dus niet in Suriname maar vervolgden hun weg niet alleen naar Frans-Guyana maar ook naar Brazilië en zelfs Amerika, vertelt een goed ingevoerde bron die daarmee het verhaal van Jean-Claude bevestigt. Naar verluid zouden de kosten die moesten worden betaald aan Jean Mixon beter bekend als Saya tussen de USD3.500 en USD4000 bedragen. Volgens Saya zelf is dat onjuist en zouden de kosten nog geen USD3000,- zijn geweest. De kosten voor zo een chartervlucht zijn niet helemaal duidelijk geworden hoewel de krant dit heeft voorgelegd bij Amichand Jhauw, de directeur van Fly Allways. Hij wilde er niet op ingaan. Een andere ingewijde schat de kosten afhankelijk van de duur van zo een chartervlucht op ongeveer USD100.000,- Als per persoon USD2.700 moest worden neergeteld betekent het dat de ondernemer daarmee een winst maakte van minimaal USD116.000 per vlucht. Saya stelt echter dat de berekening niet zo, zwart wit genomen moet worden en dat er nog veel meer kosten waren, die hij moest betalen.
Slechts hulp bieden
Saya geeft in een interview verder aan, dat hij toestemming had van de toenmalige regering Santokhi/ Brunswijk en het ministerie van Buitenlandse Zaken om de vluchten uit te voeren. “Ik wil altijd mijn eigen mensen helpen dus daarom heb ik mijn hulp aangeboden aan die gemeenschap die een beter leven willen. Haïtianen zijn geen criminelen en ik heb ook geen criminelen laten halen. Het zijn hardwerkende mensen die een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de samenleving en dat niet alleen aan de landbouw”, zegt hij. Volgens Saya zitten de Haïtianen die hij heeft ‘laten halen’ ook in de mijnbouwsector. “Ze doen geen vlieg kwaad, het enige dat een Haïtiaan kan hebben misdaan is dat hij een bromfiets rijdt zonder verlichting aan de koplampen”.
De ondernemer maakt in het interview duidelijk dat hij als lid van een politieke partij die veel sponsort wel iets terug verwacht. Er werd van hem gevraagd dat hij een garantiestelling zou afgeven voor elke Haïtiaan die naar Suriname kwam, zegt hij. Tot en met 31 december 2024 waren dat er volgens de Immigratiedienst Suriname 13.197 personen. Saya stelt dat zijn bedrijf Team Haïti die officieel de garantiestellingen deed, geen kosten bijberekende voor de garantiestelling die hij voor al deze personen moest afgeven aan Buitenlandse Zaken. Volgens een bericht In De Ware Tijd op 5 september 2022 gaf Saya aan, dat de Haïtianen die waren gearriveerd, wel degelijk de juiste procedure zouden bewandelen en een werkvergunning zouden aanvragen. Hij vond het alleen minder prettig dat de toenmalige minister van Arbeid, Steven Mac-Andrew tegenover de pers had aangegeven dat hij geen informatie had over aanvraag van werkvergunningen door Saya. Cijfers van het toenmalige ministerie van Arbeid tonen echter aan, dat er geen werkvergunningen zijn aangevraagd. In 2020 hebben 62 personen van de 7.882 gearriveerde personen een werkvergunning aangevraagd. In 2021 waren dat er 21, in 2022 slechts 10. Dit aantal daalde verder in 2023 want toen waren dat er 4 personen en in 2024, 5 Haïtianen. Het is ook onduidelijk wanneer de chartervluchten van Haïtianen naar Suriname precies zijn opgehouden aangezien er in 2023, 1595 Haïtianen zijn gearriveerd, in 2024 ging het om 1273 en tot en met 1 oktober 2025 zijn dat er 857. De afdeling Vreemdelingendienst van het ministerie van Justitie en Politie kon geen gegevens verstrekken over het aantal Haïtianen dat zich in de afgelopen jaren heeft aangemeld. Een verzoek daartoe aan minister Harish Monorath mocht ook niet baten.
Weinig verdienen

Op de Haïtiaanse markt vertelt een 48-jarige Haïtiaanse markverkoper die niet met naam in de krant wil, dat zij er wel voor gezorgd heeft dat zij een verblijf- en werkvergunning heeft. Ze woont al ongeveer vijftien jaren in Suriname en haar kinderen zijn er geboren en gaan ook hier naar school. “Het is heel hard werken voor een karig loon, zeker omdat de kosten van levensonderhoud sterk zijn gestegen. Daar komt nog bij kijken dat de huur voor een woning of appartementje al tussen de EURO200 en EUR300 ligt terwijl er ook huur moet worden betaald aan de eigenaar van het landbouwterrein waarop we planten”, vertelt ze in het Surinaams. Uit de inkomsten moet er ook wat opzij worden gelegd zodat zij op gezette tijd toch wat financiële steun kan sturen voor familie in Haïti. “Makkelijk is het niet”, benadrukt de vrouw. Toch probeert ze als het even kan ook haar familie in Haïti een bezoek te brengen. Daarvoor is er een aparte spaarpot. Voor de meeste Haïtianen die er heel lang zijn, is het geen optie om terug te gaan naar hun land. Zeker vanwege de spanningen en het huidig bendegeweld in het land. De marktverkoopster zegt dat er een bepaalde rust in Suriname is, ondanks de hoge kosten van levensonderhoud. “We zijn er daarom om te blijven”, laat ze weten.
Dit achtergrondartikel verscheen in dagblad De Ware Tijd van 31 okober 2025



Comments